Vereniging van Archiefonderzoekers te Dokkum

Register van Geestelijke Opkomsten van Oostergo (1580)

H. Zijlstra

Register van Geestelijke Opkomsten van Oostergo, volgens de opgave daarvan in de dorpen van dit kwartier gedaan aan de Commissarissen der Staten van Friesland in 1580-1581

Ee, den 22 Decembris 1580

Symon Lywesz
Auke Janga
Siouck Humalda
Willem Thijsz, 5 pondm. Vor 7 gg.
Jelmer Hayma, 1 pondm. Greitlant 20 st.
Wibe Scheltinga sate van Ruersma renten iij gg.
Lijwe Wytsma sate van Obma renten ii gg.
Albert Berntz van stedepacht jars I gg.
Fetse Optz van huisstede 15 st.
Is 13 gg. 21 st.

Pastorie
Cornelis Claesz, landtsate omtrent 40 pondemate landts en gifft te huir, de pondm. 35 st., is 50 gg.
Henricus Sutphaniensis (oude pastoir) hefft selff dit jar gebruckt ontrent 20 pondmate fennen en meden, op 35 st. estimeert, is 25 gg. (Noot: Een vroegere pastoor in 1543 heette Johannes, Benificiaalboeken p.165/166, waaruit blijkt dat er toen wegens onvoldoende onderhoud geen andere geestelijke meer was; vroeger was er ook een jongerpriester. Volgens Syn.acta 1589 stond Franciscus Averkamp in classis Dokkum en in 1594 was hij 'dienaar te Ehe', beide keren lid der synode. Misschien is hij wel de eerste predikant van Ee en Engwierum, geboren ca. 1569 en zoon van de predikant van Ternaard.)
Claes Jansz, verwer, omtrent x pondmate fennen end meden end gifft van pondmate ij daler sonder alle lasten, vrij landen, is 16 gg. 2 st.
Sijpt Ridtskez, 2 pondm. Fennen affter sin doer vor 3 gg.
Gerbrandt Siuerdtz, 4 pondm. vrij landt, de pondmate ij daler, is 6 gg. 12 st.
Melke Ritskesz, ontrent 3 pondmate landts 3 gg.
Thomas Ridtkesz, 3 pondm. vrij landt 5 gg.
Gerbe Siuerdtz, van sin huisstede ij gg.
Take Kynnema, 14 st. uit Kinnema sate
Tijman Femmes, i gg. Uut Wilke Hollinga sate gebruct
Claes Douwesz weduwe I huisstede, is nu arm, dan plach te gelden 25 st.
Is 115 gg. 8 st.

Costerie, uut Kinnema sate renthen 14 st.
End hefft tot sin onderhout de meister niet dan tgene hem de huislieden geven, genoemt Jan Jansz van Amesfort, behalve 4 gg. van patroon om tuurwerck te bedienen, belovet de reformatie te willen bystaen met psalmen singen, catechismus de kinder tleren, klocken luiden end met de kinder ter predicatie tkomen, end versoickt also verbeteringe van sin salaris tot onderhoudinge.

Sijmon Lijwesz, kerkvogt end Jan Takesz, dorprechter met Sipt Ritskesz verclaren, dat tsilverwerck in bewaringe sij gedaen by Siouck van Humalda, te weten twee vergulden kelcken en een silver ablatenbusken (Noot: oblaten, dat is heilige ouwel, het misbrood) end twee platelen op de kelken, end dat anno 1568 een cijboris gestolen is by nachttydt doert glas uut tsacramentshuis, sonder tweten we tselve mach gedaen hebben.
Verclaren oick, dat omtrent Meij laestgeleden vor de gemeente de patroonsrekeninge gedaen is end is by slote van dien befonden, dat de pastoir suver gelt toquam omtrent 28 gg. ende Reentie Optz als vogt 6 gg. 9 st. ende den meister 14 st.
Aldus gedaen opt angeven van Sijmon Lijwesz, vogt end Jan Takesz, dorprechter met Sipt Ridtskesz end de vorss. Schoelmester, by har ondertekent op dach vorss.
Den predicant betaelt 23 gg. uit de pastorie.
Costen in dese beschrijvinge by de vorss. personen 35 st. gedaen.
Jan Takes, Sijpt Rijtsskesz, Symen Lijwuesz, Jan van Amersfoert


Deze site hoort frames te bevatten. Ziet u geen frames, klik dan hier.